De wet natuurbescherming (wnb) verbiedt het opzettelijk doden of het aantasten van het leefgebied van beschermde diersoorten. Alleen bij dwingende redenen van groot openbaar belang mag het bevoegd gezag (in het geval van het circuit is dat de provincie Noord-Holland) een ontheffing verlenen van dit verbod.

In het gebied van het circuit leven twee beschermde diersoorten: de rugstreeppad en de zandhagedis. De werkzaamheden op het circuit tasten het leefgebied van deze dieren ernstig aan, dus zijn ze in principe verboden. De provincie heeft op 23 augustus 2019 toch zo’n ontheffing verleend, met de bewering dat de Formule 1 een kwestie was van dwingende redenen van groot openbaar belang.

De voorzieningenrechter, aan wie we dit in oktober 2019 voorlegden, was het eens met die dwingende redenen. Wij vinden dat belachelijk, waarom zou een autoracewedstrijd, die ook nog eens enorm vervuilend is en grote overlast veroorzaakt, zo’n geweldig groot belang hebben? Daarom maakten we bezwaar tegen de verstrekte ontheffing. Je komt dan bij de provinciale bezwaarcommissie terecht. Deze was het met ons eens dat die dwingende redenen er helemaal niet zijn. De provincie legde echter dit advies van de bezwaarcommissie naast zich neer en handhaafde de ontheffing.

Daarna, het was inmiddels april 2020, hebben wij beroep aangetekend bij de rechter tegen het handhaven van de ontheffing. Ergens dit jaar zal deze zaak dus nogmaals, maar nu in bodemprocedure, in de rechtszaal worden behandeld. We kunnen ons niet voorstellen dat de rechter mee zal gaan in de idiote stelling dat een Formule 1 wedstrijd een dwingend groot openbaar belang vertegenwoordigt. Maar de provincie trekt alle registers open, onder andere door de landsadvocaat erbij te halen (dat is gewoon een hele dure advocaat, op kosten van de belastingbetaler). Het blijft dus spannend.